Angst en beven in de cultuursector: de schaduwzijde van de ’trickle down’

Pure paniek en existentiële angst: dat is het beeld dat je krijgt als je makers in de kunst persoonlijk benadert over de effecten van de trickle down (het doorsijpelen van de coronasteungelden van de overheid naar die makers). De Creative Coalitie maakt weliswaar een vuist voor ze, praat erover met de minister, de instituten debatteren erover, maar de makers zwijgen bijna zonder uitzondering omdat het hen de relatie met machtige opdrachtgevers kan kosten en je in het ‘circuit’ als lastig te boek komt te staan. Zeker aan het begin van je carrière. De vergelijking met de #metoo-affaires in de kunsten gaat mank, maar de gemene deler is afhankelijkheid, machtsmisbruik, angst, zwijgen. Versterkt door corona.

In de verbijstering die iedereen bij het uitbreken van corona en de daarop volgende lockdown ten deel viel, werden theater- en dansvoorstellingen, concerten en evenementen uiteraard gecanceld. We dachten met z’n allen: we moeten hier even kort doorheen en dan begint het leven weer. Maar de impact werd direct gevoeld door alle zelfstandigen in de cultuursector: vooral zij die kunst maken.

De Theaterkrant begon een serie ‘Niet op’ waarin o.a. actrice Astrid van Eck aan het woord kwam (mei 2020). Zij zou spelen in de productie Een vrouw bij het raam bij theaterproductiehuis Zeelandia/Zeeland Nazomer Festival. Ze zei erover “[… het hele festival is met één algemene mail afgelast. Ik vind dat op zijn zachtst gezegd pijnlijk…]”. “Het is niet alleen je creativiteit die dan wordt gestopt, het is je inkomen, je leven. Veel gezelschappen zetten voorstellingen nu online, maar acteurs krijgen daarvoor niet betaald. Vaak wordt er niet eens toestemming gevraagd. Al benoem je het: “Sorry, we kunnen je hiervoor niet betalen.” Zó roekeloos, dat kwetst mij. Het was een soort rouwproces.’

Corona bleef langer dan gehoopt en behoorlijk snel volgde coronasteun voor de sector met de later uitdrukkelijke bedoeling dat freelancers en zzp’ers gecompenseerd zouden worden. Dat deden veel instellingen goed maar we spraken de afgelopen maanden ook met makers bij wie de coronasteun niet gearriveerd is.

Geen felicitatie

Regisseur Bram Jansen, maker van o.a. de succesvolle voorstelling Casting “The Pass” over de #metoo-affaire in de Nederlandse theaterwereld, is een van de weinigen die vrijuit durft te spreken over producenten die niet aan trickle down doen. “Het is absurd wat er gebeurt. Bij meerdere producenten. Neem Zeelandia. Ik sta in de subsidieaanvraag voor hun Kunstenplan bij het Fonds Podium Kunsten (FPK). Toen bekend werd dat dat plan gehonoreerd werd, en mijn voorstelling dus ook, heb ik niet eens een mailtje of een telefoontje gekregen. Geen felicitatie, geen blijdschap, geen kop koffie ergens, niks. En tot op heden heb ik niets van ze gehoord. Pas toen jij belde (IF) en ik hen zelf maar eens benaderde, sta ik op de rol voor een gesprek. Te gek voor woorden”.

Jansen stond dit jaar op het programma voor het Zeeland Nazomer Festival met een locatieproject in Yerseke. Dat Jansen zelf niet heel actief achter Zeelandia aanging heeft ook te maken met zijn studie biotechnologie waaraan hij begonnen is. En fascinerende studie vindt hij ‘waarin ik meer verwondering ben tegengekomen dan in de hele kunstwereld’. Hij vindt dat producenten zwaar de fout in gaan. “Ik ben er wel klaar mee. Het geld dat velen van hen aanvragen bij de overheid is vooral voor henzelf en niet voor de makers die ze zouden moeten ondersteunen. Ze houden met hun geklaag bij de minister vooral zichzelf in stand. Het is een één-tweetje tussen de instellingen. Ze schuiven ons als zielige kunstenaars naar voren maar ze bulken ondertussen van het geld dat ze oppotten om ons zogenaamd in een later stadium te betalen. Heel veel instellingen hebben enorme reserves”.

Afspraken zijn afspraken

Om nog even bij Zeelandia te blijven: zij kregen van het Fonds Podiumkunsten in 2020-2021 in totaal 327.900 euro coronasteun. Zeelandia deed ook een beroep op de NOW-regeling voor personeelskosten voor bijna 15.000 euro. Van de makers die bij hen in het Kunstenplan stonden heeft niemand coronasteun of een compensatie ontvangen, waarbij gezegd moet worden dat niet iedereen ons te woord wilde staan. De angst regeerde.

Sommigen reageerden met: “Het spijt me maar ik heb geen ruimte om het hier over te hebben” of “Het lijkt me heel goed als er aandacht komt voor de impact van het Corona-beleid en de effecten daarvan op makers, sectorbreed. Op dit moment ben ik nog in gesprek met Zeelandia over mijn commitment daar. Daarom heb ik op dit moment niks bij te dragen aan dit artikel. Mocht dat veranderen, dan zal ik je dat laten weten”.

Acteur Dic van Duin kreeg afgelopen zomer een telefoontje van algemeen directeur Silvie Dees (die sinds begin dit jaar aantrad bij Zeelandia) dat zij Van Duins project artistiek niet interessant vond en dat hij dus gecanceld werd. “Dat pikte ik niet, afspraken zijn afspraken. De subsidie hadden we immers binnengekregen dus ik ben op mijn strepen gaan staan”. De productie ging daarom alsnog door. Dat werd een ander verhaal voor theatermaker Carina Molier die afgelopen zomer ook door Silvie Dees gecanceld werd voor haar locatieproject Tjechov Land/Kersentuin. Molier wilde de afgelopen maanden niet reageren “omdat ze er helaas nog niet uit is met Zeelandia”, zo mailde ze.

Wat we achter de schermen horen van de Zeelandia-makers is dat er allerlei redenen door Dees opgevoerd worden: artistiek niet interessant maar bijvoorbeeld ook dat er, door een gebrek aan publieksinkomsten door corona, geen geld meer is. Dic van Duin: “Dat soort verhalen ken ik ook en ik moet je zeggen dat toen we dit jaar repeteerden met de voorstelling Nederlandse Comedie van De Gemeenschap en we door corona stil werden gelegd, we doorbetaald kregen. Daar moest ik wel even aan wennen, je bent zo gewend dat je aan het kortste eind trekt. Maar Roy Peters en Rob de Graaf betaalden. Ik voelde me er bijna schuldig over. Zeelandia vond ons niet interessant en dat had denk ik niet met corona te maken. Maar nu je het zegt trouwens: ik heb nog geen contract van Zeelandia. Daar ga ik maar eens achteraan”.

Doorbetaald

Er gaan natuurlijk dingen goed. We deden een korte belronde en vroegen onder meer aan Gemma Jelier van theater en makershuis Korzo hoe zij met canceling of uitstel omgingen. Korzo ging vanaf moment één aan tafel met alle makers en als voorstellingen niet door konden gaan werd er gekeken naar compensatie of een alternatief als een film maken. Ook de gezelschappen die geprogrammeerd waren, de dansers en zelfs de freelance technici wier tournees werden afgelast werden doorbetaald.

Toneelgroep Oostpool is bij de eerste coronaschrik in 2020 direct in gesprek gegaan met alle betrokkenen en is zoveel mogelijk alle afspraken nagekomen voor lopende en nieuwe projecten. Eén grote voorstelling werd in 2020 een jaar uitgesteld en die is in 2021 alsnog doorgegaan. Zakelijk directeur Michiel Nannen: “Achteraf kun je bedenken: hadden we toen maar meteen betaald maar op dat moment was er nog geen coronasteun. Wel hebben we de mensen in dit project die op korte termijn in geldnood kwamen, uitbetaald. Het was in de beginfase een complexe situatie met complexe regelgeving om steun te krijgen voor met name de zzp’ers. We hebben ze daar zo goed mogelijk bij geholpen. Toen de coronasteun doorkwam hebben we nieuwe projecten opgestart waardoor we schrijvers, makers, ontwerpers, technici en acteurs opdrachten konden geven. Voor wekelijkse live-streams bijvoorbeeld. In 2020 hebben we daardoor even veel geld uitgegeven aan freelancers en zzp’ers als vóór corona. Ons beleid was en is doorbetalen. Het kan voorkomen dat iemand zich toch benadeeld heeft gevoeld omdat er zoveel tournees zijn geweest die na een paar voorstellingen gecanceld moesten worden, maar voorop stond en staat: doorbetalen. Dit is ook mogelijk dankzij de aanvullende steun van de overheid”.

Boterham met pindakaas

In de muziekwereld is het zo mogelijk nog erger gesteld met een niet werkende trickle down dan op het toneel. Er heerst eenzelfde angstcultuur (waarover zo meer) maar Dorine Schoon, hoboïst en oprichter van het Platform voor Freelance Musici, maakt zich kwaad over de generieke coronasteun die er wél is gekomen voor freelancers en zzp’ers maar die voor veel musici en makers niet toegankelijk is. “Als ik TOZO wilde ontvangen moest ik vragen beantwoorden als: heeft u vaste verkering in huis? Veel coronasteun gaat naar instellingen en de mensen die er sowieso al een vaste baan hebben. Aan hen wordt niet gevraagd of ze een partner hebben. De zak met geld wordt blind aan organisaties gegeven. Aan ons zelfstandigen worden zo ongelooflijk veel eisen gesteld dat je in feite nauwelijks voor steun in aanmerking komt, terwijl voor cultuurinstellingen en producenten tijdens corona juist alle eisen en verplichtingen zijn losgelaten. Daarmee schuift de overheid verantwoordelijkheid af en zijn musici aangeschoten wild geworden”.

Schoon vertelt het verhaal dat eerder al is opgetekend en bepleit door de Creative Coalitie; de aanpassing van de steunregels. “Het is echt drama. Tijdens het cultuurdebat van 22 november werd door de minister gezegd: we kunnen niet iedereen helpen, ga er als maker maar iets naast doen om in je levensonderhoud te voorzien. Het dedain dat erin zit: om je eigen beroep te kunnen financieren moet je maar een bijbaantje nemen”.

Het ergste vindt Schoon – die recent het Nederlands Ballet Orkest aanklaagde en haar zaak over haar schijnzelfstandigheid glansrijk won – vooral ook het gebrek aan steun vanuit de cultuursector zelf. “Ik sta zelf ook mee te debatteren op bijeenkomsten met chique broodjes en glazen witte wijn en dan voel ik me zo ongemakkelijk tussen al die ontzettend aardige probleem-erkennende mensen van organisaties omdat ik weet dat menig musicus nauwelijks nog een boterham met pindakaas kan betalen”.

Risico afgeschoven

Met het Platform strijdt Schoon voor een betere positie en arbeidsvoorwaarden voor musici. Nu corona heerst ziet ze nog een extra verontrustende ontwikkeling: de risico’s op annulering van concerten en evenementen worden contractueel op de makers afgeschoven.O, ja: Je hoeft geen lid te zijn om dit te kunnen lezen. We hebben wel leden nodig om dit te kunnen schrijven. Word daarom nu lid.

“Menig instelling/opdrachtgever werkt sinds corona met een overmachtsclausule. Wat doe je dan als maker? Protest aantekenen? Niet ondertekenen? Het risico ligt bij degenen die financieel toch al de minst bedeelden zijn als je kijkt naar de bedragen die ze betalen. Wie vangt die risico’s op? Als je als musicus al vraagtekens bij het contract stelt, volgen er inmiddels ook al bedreigingen: als je zo doorgaat dan boeken we je niet meer. Het is echt stuitend. De meesten houden dus hun mond”.

De overtreffende trap van pijnlijk is volgens Schoon dat ze geen enkele steun voelt vanuit de werkgevers en opdrachtgevers. De solidariteit is ver te zoeken. Producenten beroepen zich op ‘tegenvallende publieksinkomsten’ of zeggen zelfs: de gemeente heeft deze voorstelling of dit concert verboden. Dat blijkt dan bij navraag helemaal niet waar te zijn. “Maar ga je er dan achteraan? Ik kan me daar zo over opwinden. Er is vooral geen gesprek met ze mogelijk. Het hele steunpakket is voor de schil om de makers heen en dat zou andersom moeten zijn. Zo krenkend allemaal”.

Gefeliciteerd met je nieuwe musical

Theaterregisseur Bram Jansen deelt een vergelijkbare verontwaardiging over het systeem, de schil om de kunstenaars heen die goed voor zichzelf zorgt maar de makers vooral gebruikt c.q misbruikt. Hij vertelt dat hij een telefoontje van een collega kreeg: “Gefeliciteerd Bram”. Jansen vroeg waarmee. “Met je nieuwe musical”. Hij wist van niets en wat bleek is dat een musicalproducent zijn naam in een subsidieaanvraag had geschreven zonder dat hij daarvan op de hoogte was gesteld laat staan toestemming had gegeven. Jansen: “Lopen ze daar een beetje goede sier te maken met me, maar als ik ze dan bel dan geven ze niet thuis. Ze hebben de subsidie al binnen, het coronageld en ik word aan het lijntje gehouden”. Het bleek niet de eerste keer dat zijn naam in een aanvraag stond zonder dat hij het wist.

Jansen richt daarbij zijn pijlen op het Fonds Podium Kunsten (FPK). Noemt ze zelfs ‘neigend naar corruptie’ omdat ze meewerken aan een systeem waarin de instanties vooral goed voor zichzelf en elkaar zorgen maar waarin makers niet gekend worden. Toen hij het FPK op de hoogte stelde van de ‘onverwachte aanvraag’ van de musicalproducent werd de klacht volgens Jansen aanvankelijk weggemoffeld.

Andere koers

Het opvallende is is dat als een meerjarenplan met subsidieaanvragen voor projecten eenmaal gehonoreerd is door het Fonds, het een producent alsnog vrij staat een andere koers te varen; het toegekende subsidiegeld voor de projecten is namelijk niet geoormerkt, niet gelabeld. Een maker staat met andere woorden met lege handen. Er moeten voor instellingen wel heel goede redenen zijn om van de aanvraag af te wijken, sterker nog: organisaties hebben wel een meldplicht bij (artistieke) koerswijzigingen. Corona is uiteraard een ongekende omstandigheid om zaken te (moeten) veranderen maar hierover heeft tussen Zeelandia en het Fonds Podium Kunsten bijvoorbeeld geen officieel monitoringsoverleg plaatsgevonden.

Op onze vraag aan het Fonds of ze de ‘verplichte’ gesprekken gevoerd hebben met Zeelandia en zo ja, wanneer, antwoordt het Fonds niet anders dan dat “een directiewissel geldt als een majeure wijziging. Door Theaterproductiehuis Zeelandia is zowel de aankondiging van vertrek van de vorige directeur alsmede de aanstelling van de nieuwe directeur met het Fonds gedeeld”.

Coulant

En op onze vraag ‘Aangezien de meerjarige subsidie voor Zeelandia door u niet per productie geoormerkt is: hoe staat u in tijden van corona tegenover het feit dat bij afzeggen door corona de subsidie de instelling toekomt en niet de makers? Dat de maker daardoor in feite vogelvrij verklaard wordt en het FPK- geld ‘kwijtraakt’?’, zegt het Fonds: “We vinden het onvermijdelijk dat vanwege de covid-maatregelen en -beperkingen plannen wijzigen en producties worden veranderd, verplaatst of geannuleerd. In het kader van de coronacrisis hebben wij dan ook aangekondigd coulant om te gaan met wijzigingen. We gaan ervan uit dat producenten en festivals, aan wie het meerjarige subsidie en de incidentele steun zijn toegekend, binnen reële kaders voorzieningen treffen om makers tegemoet te komen. Dat is ook de geest van de steunpakketten zoals bij vraag 1 beschreven. Over hoe om te gaan met afzeggingen en het uitbetalen van betrokkenen, met name zelfstandigen, zijn in de sector afspraken gemaakt”.

Daarmee draagt en neemt het Fonds geen verantwoordelijkheid voor makers en lijken de musicalproducent en Zeelandia zich niet aan ‘afspraken’ te houden. Extra zuur voor de maker want dit systeem heeft grote gevolgen als je gecanceld wordt:

  • *het bedenken van een voorstelling, het opstellen van een concept/aanvraag kortom de hele voorbereiding
  • *het toegekende subsidiegeld
  • * je inkomen
  • *een toekomstperspectief ….ben je kwijt.

De kans dat de maker het project bij een andere producent kan onderbrengen is vrijwel nihil: het is immers ‘tweedehands’ en de maker moet wachten aan de oevers van een overvol stuwmeer aan uitgestelde voorstellingen die overal in de theaterwereld liggen te wachten. Daarmee wordt de verdiencapaciteit van een gecancelde maker voor de komende jaren geminimaliseerd. Vier keer ‘straf’ op een rij.

Coronasteun van 327.000 euro

Uiteraard hebben wij directeur Silvie Dees van Zeelandia de volgende vragen gesteld: hoe heeft u het coronasteungeld besteed (327.00 euro, IF)? Welke producties die in 2020, 2021 en 2022 bij Zeelandia gepland stonden of staan heeft u dan wel gecanceld dan wel doorgeschoven? Heeft u sinds uw komst als directeur nieuwe makers (die niet in de subsidieaanvragen bij het FPK en Zeeland stonden) aangetrokken voor seizoen 2021 dan wel 2022? Zo ja, heeft u de artistieke veranderingen besproken met het Fonds Podiumkunsten? Welke (compensatie)regeling heeft u getroffen met makers van uitgestelde of gecancelde voorstellingen?

Zeelandia heeft herhaaldelijk niet gereageerd op onze vragen.

Regisseur Bram Jansen heeft er geen goed woord over. “Het Fonds Podium Kunsten werkt mee aan een systeem waarin het pluche het pluche overeind houdt. Voor mij is dit tekenend voor het klimaat in de cultuursector. Ze zouden meer verantwoordelijkheid voor makers op zich moeten nemen, ze helpen de kunst niet vooruit. De sector koketteert met ‘wij zijn zo zielig’, maar ik ben er klaar mee. Ze zijn er voor de zittende macht.”


De Kunstenbond heeft een (anoniem) Meldpunt waar je juist ook tijdens corona unfair practice-zaken kunt melden: Heb je als freelancer te maken met kosteloze annulering, extreem lage honoraria of krijg je slechte arbeidsvoorwaarden voorgeschoteld? Heb jij tevergeefs geprobeerd onder eerlijke voorwaarden aan het werk te gaan en werd je het zwijgen opgelegd of een onveilig klimaat gecreëerd? Dan word je unfair behandeld.

P.S.

Na het op 29/11 (en 2/12 opnieuw) stellen van alle vragen aan Zeelandia en het sturen van de conceptversie op 5/12 aan alle betrokken partijen, gebeurde er o.a. dit: Bram Jansen meldde dat hij op 6/12 een ‘goed telefonisch gesprek’ gehad met Silvie Dees en dat ze eruit zijn.

Zeelandia reageerde – na onze gestelde deadline op 6/12 – in de avond o.a. als volgt: “We proberen ons uiterste best te doen om vooral de makers, gezelschappen en onze producties een podium te bieden en zo niet, dan tot een regeling te komen, zo ook geschiedde met de heer Jansen en mevrouw Mollier. Hierbij wil ik nogmaals benadrukken dat de steun direct is ingezet voor de uitbetaling van medewerkers, opdrachtnemers, toeleveranciers en uitkoopsommen van gezelschappen, dit zowel bij het festival als bij onze eigen producties.” Opvallend hierin is dat ze behalve de plotselinge deal met Jansen, ook aangeeft dat er een regeling ligt met Carina Molier. Als dat zo is, kun je niet anders dan de conclusie trekken dat er de afgelopen dagen contact is geweest daar op 3/12 Molier ons mailde dat ze er nog niet uit was met Zeelandia. Ze wilde op 6/12 niet reageren op deze ‘ontwikkeling’.

Het Fonds Podium Kunsten reageerde ook op de conceptversie en ging nader in op onze vraag of en wanneer er een gesprek met Zeelandia had plaatsgevonden. “Wij spreken de meerjarig ondersteunde instellingen ieder najaar, zo ook Theaterproductiehuis Zeelandia. In een monitorgesprek komen zowel artistieke als zakelijke/organisatorische ontwikkelingen aan bod. Daarnaast is er zoals gemeld contact geweest naar aanleiding van de nieuwe directie bij Zeelandia; in juni heeft een gesprek daarover plaatsgevonden tussen Zeelandia en het Fonds”.

Eerder schreven ze nog dat er alleen een melding van was gedaan. “Door Theaterproductiehuis Zeelandia is zowel de aankondiging van vertrek van de vorige directeur alsmede de aanstelling van de nieuwe directeur met het Fonds gedeeld”.

Het jaarlijkse monitoringsgesprek echter blijkt na doorvragen, nog niet te hebben plaatsgevonden. Het staat nu gepland voor vlak voor de kerst.

Van een van de betrokkenen kregen we de reactie: “Als je dit publiceert, dan heb je echt een groot probleem”. Waarmee de grote existentiële angst in de cultuursector bewaarheid lijkt te worden.

Dit artikel van Ingrid van Frankenhuyzen staat ook op Cultuurpers